Harmonie en lichtheid van de hulpen

Belangrijk was het altijd al, maar de laatste tijd ligt er terecht nóg meer nadruk op: harmonie en lichtheid van de hulpen. Loes Corsel, bondscoach van de Children en de Pony’s vindt het essentieel om de jeugd dit mee te geven. Op een zonnige najaarsdag op het Nationaal Hippisch Centrum in Ermelo werkt ze met drie ponycombinaties aan deze basisprincipes.

Tekst Bettine van Harselaar Beeld Arnd Bronkhorst

Loes valt bij iedere combinatie met de deur in huis door enkele vragen te stellen: Waar wil je aan werken? Wat is je strategie om dit te bereiken? En hoe rijd je altijd los? Het lijken simpele vragen, maar de amazones moeten er even over nadenken. “Wanneer je een duidelijk plan en een systeem hebt, dán ben je ergens mee bezig. Denk altijd na wat jouw pony nodig heeft, train het lijf zó dat er geen beperkingen meer zijn",  zegt Loes. 


Altijd naar voren denken 

Als eerste rijdt Annabell de Bock (15) de baan in met haar vijfjarige pony Jason of Beverly Hills, waarmee ze traint voor de overstap naar de M2. Annabell wil werken aan meer voorwaartse drang in de zijgangen. Met losrijden is haar pony nog wat met zijn omgeving bezig, maar hij is ondanks wat spanning niet altijd aan de voorwaartse hulpen, analyseert Loes. “Blijf zelf losser zitten en probeer wat minder te drijven.”  

Wanneer Annabell minder drijft, komt haar pony terug in zijn tempo. “Het is heel belangrijk dat je in elke gang één ritme kunt houden. Leer je pony dat zélf te doen, zodat je niet iedere pas eraan hoeft te rijden. Dit is waarschijnlijk ook het probleem dat je in de zijgangen tegenkomt”, constateert Loes al voordat er ook maar één zijgang is gereden. De bondscoach laat Annabel enkele overgangen stap-draf rijden. Direct in de eerste overgang komt haar pony abrupt terug. “Dit is niet de overgang die ik wilde zien!” roept Loes gelijk. “Zorg ervoor dat je pony ook in de overgang terug naar voren denkt. Als hij zo abrupt terugkomt, rijd dan direct naar voren.” 


Sprong en ritme 

Ze laat Annabell hetzelfde ook op de andere hand doen. “Hier heb je een mooie takt, gaaf hoor! Dit is ook heel mooi recht op twee teugels”, klinkt het tevreden. Annabell vertelt ook aan de verzameling in galop te willen werken. Loes vindt dat prima, maar juist om die verzameling te krijgen, laat ze de amazone eerst naar voren galopperen. “Haal hier eerst de juiste sprong en ritme vandaan. En als je hem te weinig naar voren vindt galopperen, dóe er dan wat aan! Anders denkt je pony dat je dit zo goed vindt.” 


annabell de bock rijdt met haar pony jason

‘Het is heel belangrijk dat je in elke gang één ritme kunt houden’, geeft bondscoach Corsel mee aan Annabell.

Na een stappauze wordt de schouderbinnenwaarts meegenomen. “Na de galop vind ik zijn draf nog mooier”, prijst Loes. In de oefening valt de pony echter weer terug in het tempo. Ook rijdt ze de zijgang wat te dwars, volgens Loes. “Draai zelf ook je schouders mee naar binnen. Visualiseer dat jij zelf ook schouderbinnenwaarts loopt. Als hij te veel terugkomt, begin dan met schoudervoor. Wanneer je iets moeilijks doet, dan verlies je altijd iets. Maak het daarom in het begin niet té moeilijk.”

Bij het uitstappen krijgt Annabell van Loes huiswerk mee: “In je volgende training wil ik dat overgangen nummer één zijn. De regel in overgangen terug is dat je altijd weer naar voren eruit moet kunnen. Als hij daarin beter aan je been blijft, en ook zelf blijft lopen zonder dat je hoeft te drijven, zal alles steeds makkelijker gaan. Voor een vijfjarige doet je pony het fantastisch, maar rijd niet iedere dag thuis zo’n zware training als we vandaag hebben gedaan, ook rust is belangrijk”, besluit Loes.

annabell de bock en jason of beverly hills in galop

Om de verzameling in galop te verkrijgen, moet Annabell eerst naar voren galopperen.

amazone annabell zet de schouderbinnenwaarts in bij haar pony

‘Visualiseer dat jij zelf ook schouderbinnenwaarts loopt’, aldus Loes tegen Annabell.

Van aanleren naar uitvoering 

De tweede combinatie is Ellen van Pinxteren (15) met haar vijfjarige pony Madame Magic, waarmee ze M2 start. Ellen wil werken aan meer ontspanning en ruggebruik. Ook de travers is nog lastig en ze vindt dat haar pony meer op het achterbeen mag. Loes begint met de basis: “Neem de tijd om in stap al ontspanning te vinden. Over het algemeen is dit goed, maar er kan altijd iets beter", lacht ze. “Wat ik goed vind, is dat je zelf weinig doet. Je pony lijkt in stap goed aan het been.” 

Na het losdraven en wat rechtrichten gaan ze aan de slag met de travers, die Ellen wil verbeteren. Omdat Madame Magic terugkomt in de travers, adviseert Loes om de oefening korter en eenvoudiger te maken. “Controleer eerst of je pony op je buitenbeen de achterhand naar binnen brengt. Pas daarna voeg je stelling toe. Beloon goede reacties en forceer niets wat nog te moeilijk is. Maak een onderscheid tussen aanleren en uitvoeren zoals in de proef. Door dit te herhalen, leert je pony de hulp beter kennen.”  

Met de laatste travers die Ellen rijdt, is Loes tevreden. “Hier kan je thuis mee gaan spelen. Rijd als je tevreden bent een volte en zet daarna de travers nog een keer in. Wat ik goed vind, is dat je pony altijd blij is, met de oortjes erop. Zoals we nu bezig zijn gaat het aanleren op een makkelijke manier, dan blijft je pony het leuk vinden.”  


 ‘Soms moet je ook dingen laten gebeuren, zoals een mindere overgang, om je pony iets te leren’

ellen van pinxteren rijdt een travers met haar pony madame magic

Met de laatste travers die Ellen rijdt, is Loes tevreden. ‘Hier kan je thuis mee gaan spelen.’

Meer sprong creëren

Dan is het tijd voor de galop en het werken richting meer verzameling. Loes: “We moeten wel zorgen dat de basisgalop niet minder wordt.” Loes vindt dat de pony in de arbeidsgalop al wat weinig doorspringt van achteren. Ze laat Ellen een wat hoger grondtempo laten rijden. “Doe dat eerst op de volte, want op een rechte lijn wordt het al snel middengalop. Ik wil niet dat je harder gaat. Probeer op de volte meer sprong te creëren door met je buitenbeen subtiel mee te tikken in het ritme. Dit wordt beter!”

Loes vraagt Ellen om continu een kleine checklist af te vinken: Wordt mijn pony niet te sterk? Ontspant ze genoeg? Moet ze meer over de rug? Wanneer Ellen de pony meer richting de verzameling rijdt, valt Madame Magic in draf. Loes laat haar hardop vertellen wat ze doet tijdens het verzamelen. Dit helpt Ellen bewuster rijden en het lukt daarna beter. Loes vindt het belangrijk om de grens niet te vaak op te zoeken: “Speel wat met deze overgangen en tempowisselingen, maar niet te lang. Je pony heeft laten zien dat ze het kan. Als je ergens de grens hebt bereikt, rijd er dan ook weer uit. We kunnen vandaag niet direct naar de perfecte uitvoering, hier kan je thuis nog mee aan de gang.”

ellen van pinxteren en madame magic in galop

‘Probeer op de volte meer sprong te creëren door met je buitenbeen subtiel mee te tikken in het ritme’, geeft Corsel als tip mee aan Ellen met Madame.

amazone ellen lacht en pony madame magic heeft de oortjes naar voren

‘Wat ik goed vind, is dat je pony blij is, met de oortjes erop. Zoals we nu bezig zijn gaat het aanleren op een makkelijke manier,’ zegt Loes tegen Ellen.

ADVERTENTIE

advertentie van harry's horse waarop de nieuwste collectie te zien is

‘Paarden en pony’s moeten het zelf willen doen en niet steeds hulp nodig hebben

Meer aan de hulpen 

Diede Heuvelman (14) komt als laatste in de baan met haar 8-jarige pony Bünteeichen Vivaldo, waarmee ze Z2 start. Diede wil nog betere proeven leren rijden met haar vos, die ook nog beter aan de hulpen mag komen. Loes legt meteen de nadruk op duidelijke afspraken: “Als je pony ergens mee wegkomt, zal het in de proef ook niet lukken. Je moet consequent zijn. Als ik je zo hoor, dan weet je zelf heel goed wat je eraan moet doen. Maar dat ook daadwerkelijk doen is lastig. Je pony heeft wel echt een wow-uitstraling.” Vanaf het eerste moment dat Diede opstapt, moet haar pony aan de hulpen zijn, vindt Loes. “Maar ook in verhouding. Dus als je een grotere hulp geeft, moet er ook méér reactie komen. Op iedere aanraking moet je pony naar voren.”  

Vivaldo moet in stap meteen reageren. “Die basis is belangrijk. Blijft altijd consequent. Wat je wel goed doet, is dat je zelf super rustig blijft zitten.” Ze gaan aan de slag met wat overgangen, waarbij Diede eerst een kleine hulp moet geven. Pas als de pony niet reageert, mag ze iets groter doorkomen. “Zorg dat je niet te hard gaat rijden omdat je vindt dat je pony meer aan de hulpen moet. Soms moet je ook dingen laten gebeuren, zoals een mindere overgang, om je pony iets te leren.” De overgangen worden nog een aantal keer herhaald, waarbij Vivaldo zichtbaar steeds beter oplet en directer op de hulp wegdraaft. “Je pony is níet lui! Wat er gebeurde, is gewoon aangeleerd gedrag, daar kan je mee aan de slag”, motiveert Loes.  

Geen basisvoorwaarde verliezen

In galop wordt er aan de juiste sprong gewerkt. Loes ziet dat de pony in galop soms iets hoog in de croupe is, waardoor het werken richting verzamelen lastiger is. “Houd de sprong. Ook in het terugrijden mag de sprong en het ritme niet veranderen!” Dan stippen ze een belangrijk onderdeel uit de Z2 ponyproeven aan: de eenvoudige wissels. Diede rijdt terug naar stap, maar voelt dat haar pony te veel op de voorhand komt. Loes zou ook graag zien dat ze nog iets langer blijft stappen: “Je moet in de eenvoudige wissel drie tot vijf lange, ontspannen stappassen hebben. Jij reed er nu maar twee. Je pony moet echt stappen, maar ook direct reageren bij het aangalopperen. Duw hem niet aan met je lichaam: hij moet aan je been zijn, niet aan je lichaam. Als ik oefeningen rijd, wil ik geen enkele basisvoorwaarde verliezen, dat geldt ook voor de stap in de eenvoudige wissel.”

Na een stappauze draaft Diede weer aan. Loes: “Ja wauw! Hier loopt hij gaaf!” De pony swingt er lekker overheen, maar ook dat beeld moet nog wat constanter. “Je draf is goed en heeft veel lossigheid, maar iedere pas moet hetzelfde zijn. Houd hetzelfde ritme, dezelfde paslengte en dezelfde kracht in de beweging. Houd dat ook vast in je schouderbinnenwaarts en appuyeren!” Aan het einde van de les adviseert Loes om ook wat kaderwedstrijden mee te gaan rijden: “Dat is heel leerzaam, het zijn grotere wedstrijden met veel deelname. Dat is een goed meetpunt voor jezelf en je kan ook veel leren door het kijken naar anderen”, aldus Loes.


Concluderend

Na drie combinaties blijkt de rode draad voor het verkrijgen van harmonie en lichtheid duidelijk: vooral heel consequent zijn in de hulpen, wat makkelijker klinkt dan het is. “Paarden en pony’s moeten het zelf willen doen en niet steeds hulp nodig hebben. Door steeds minder hulpen te geven en daar heel consequent in te zijn wordt het beeld rustiger”, besluit Loes.

diede heuvelman draaft met haar pony vivaldo

‘Je pony heeft wel echt een wow-uitstraling’, reageert de bondscoach enthousiast op Diede en haar Bünteeichen Vivaldo.

ponyamazone diede rijdt haar vivaldo in galop

In galop wordt er aan de juiste sprong gewerkt. ‘Houd de sprong. Ook in het terugrijden mag de sprong en het ritme niet veranderen!’

loes corsel geeft diede aanwijzingen

Aan het einde van de les adviseert Loes om ook wat kaderwedstrijden mee te gaan rijden: ‘Dat is een goed meetpunt voor jezelf en je kan ook veel leren door het kijken naar anderen.’

WIE IS LOES CORSEL?

Loes Corsel (1964) is sinds januari 2024 bondscoach voor de Children en Pony’s. Loes was zelf succesvol Grand Prix-amazone. Ze voltooide de Coach 5 opleiding en is al vele jaren een gepassioneerd en succesvol trainer. Vanuit haar thuisbasis in Coevorden begeleidt Loes Corsel een groep enthousiaste ruiters en heeft al verschillende combinaties naar de jeugd EK’s begeleid.  



portretbeeld van loes corsel, de bondscoach van de pony's en children

Bekijk de video

Wil je Annabell, Ellen en Diede met hun knappe pony’s in actie zien tijdens de instructie van Loes Corsel? Bekijk dan deze video!

Wat vonden ze ervan?

In onderstaande geluidsopname hoor je wat bondscoach Loes Corsel na afloop vond van de drie combinaties die ze zojuist les heeft gegeven en ook hoe de jonge amazones het zelf hebben ervaren.